Nederlands Hervormde Kerk.

Het land van Ravenstein was begin 17e eeuw eigendom van twee Duitse edellieden. De één protestants en de andere katholiek. Daardoor behield Ravenstein tijdens de tachtigjarige oorlog godsdienstvrijheid.

De Staten van Holland wilden hun zuidgrens aan de Brabantse zijde van de Maas verdedigen. Zij verleenden de protestantse hertog van Brandenburg een lening van 100 000 rijksdaalders en als tegenprestatie mochten de Staatse troepen in 1624 een garnizoen inkwartieren in de overwegend katholieke stad Ravenstein. Voor de soldaten werd in 1641 een nieuw gebouwde kerk in gebruik genomen, opdat zij naar een gereformeerde kerkdienst konden gaan.
Voor de bouw werd de aannemer, Dirk de Bijl, 6000 gulden betaald, de stad bracht 77,5 mud kalk in en de keurvorst verleende 2.400 gulden subsidie.

De bouwstijl van de kerk is “archaïserend-gotisch”, dat wil zeggen in de stijl van gotiek uit eerdere eeuwen. De breedte van de royale hoofdingang werd bepaald door de brandspuit, die hier tot 1778 stond geparkeerd. De voorgevel wordt door steunberen in drieën geleed en heeft blinde ramen. De ruiten zijn in 1732 dichtgemetseld, omdat deze voortdurend werden stukgegooid.

De kansel is van 1644. De klokkenstoel met klok (diam. 70 cm) van J. Philipsen is uit 1643. (bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed). Het Tiengeboden-bord is een gift van de Staatse gouverneur Johan baron van Merode, commandant van Ravenstein. Het draagt zijn wapen en is in 1648 vervaardigd door J. Van Gendt. Het koorhek is in 1659 vervaardigd door de Ravensteinse schrijnwerker Christiaan Martens van Gent. Het orgel is een één klaviers positief instrument, in 1781 gemaakt door A.F.G. Heineman. Het is verwant aan de destijds populaire kabinetorgels.

Gegevens ontleend aan de website www.protestantsekerkravenstein

   en Heemkundekring

Audiofragment